22/06/21Het bedienen van een camera met externe 'triggers' betekent dat de timing van de beeldopname wordt bepaald door nauwkeurig getimede triggersignalen, in plaats van door de interne timingklok van de camera. Dit stelt de camera in staat om de beeldopname te synchroniseren met andere hardware of gebeurtenissen, of nauwkeurig gecontroleerde framerates te bieden.
Introducties tot de Tucsen-cameratriggermodus met SMA-interface
'Hardware'-triggers betekenen dat het signaal om een beeld te verkrijgen afkomstig is van externe hardware, geleverd via een eenvoudige elektronische puls via de triggerinterfacekabel, bijvoorbeeld een 0 volt-signaal dat verandert in een 5 volt-signaal. De camera biedt ook uitgangssignalen die aan andere hardware aangeven in welke status de camera zich bevindt. Deze eenvoudige en universele digitale communicatiestandaard maakt het mogelijk dat verschillende soorten hardware met elkaar en de camera communiceren voor nauwkeurige en zeer snelle synchronisatie en besturing. De camera kan bijvoorbeeld worden geactiveerd om een beeld te verkrijgen zodra hardware klaar is met bewegen of van status veranderen tussen cameraframes.
'Software'-triggers houden in dat de camera ook hier niet op basis van zijn eigen interne timing werkt, maar dat de triggers voor het vastleggen van frames dit keer via de data-interfacekabel van de computer worden aangeleverd, waarbij de software de triggers verstuurt.
